Weer

Weerkaarten

Algemene luchtgesteldheid boven Europa

Een hogedrukgebied boven Oost-Europa en Scandinavië zorgt daar voor droog en vaak zonnig weer.

Een lagedrukzone nabij de Benelux bepaalt het weer over West-Europa met soms buien of regen over Frankrijk, het noorden van het Iberisch Schiereiland, het zuiden van de Britse Eilanden en het zuidwesten van Duitsland. Langs de noordoostelijke flank van dit laag stroomt er zeer zachte zuidelijke lucht over het westen en het centrum van Europa met maxima tussen 20 en 25 graden gaande van de Benelux via Polen tot zelfs in Oekraïne.

Donderdag bevindt er zich een thermische vore van Duitsland via de Benelux naar de Noordzee. Dit veroorzaakt lokaal intens onweer met gevaar voor veel neerslag. In België is het donderdag minder warm. In Nederland wordt het vrijdag koeler. Vanaf het weekend stroomt er minder zachte en soms gestoorde of onstabiele Atlantische lucht over West-Europa.

Over het zuiden van het Middellandse Zeegebied blijft het overwegend zonnig en warm bij maxima rond of boven 20 graden. Over het noorden van Spanje en Portugal blijft het frisser en bewolkter met regelmatig regen.

In de Balkan en het centrale deel van het Middellandse Zeegebied is het eerst wisselvallig met (onweers)buien. Tijdens het weekend volgt er een weersverbetering en trekt het onstabiele weer naar Griekenland en Turkije.

Legende van de frontkaarten

 

Oranje visgraatlijn: "convergentielijn" => duidt een zone aan waar de wind aan de oppervlakte samenstroomt. Deze convergentie aan de oppervlakte wordt geassocieerd met verticale opwaartse bewegingen, die vaak aanleiding geven tot een buienlijn of onweer. De convergentie kan in verband worden gebracht met twee samenkomende windfluxen, elk vanuit een verschillende richting, of met de aanwezigheid van een luchtlaag die warmer en vochtiger is dan zijn omgeving (thermische vore of thermisch lagedrukgebied).
Zwarte stippellijn: "trog"=> veroorzaakt verticale opwaartse bewegingen en leidt vaak tot stortbuien en/of een intensivering van de onweersactiviteit. In een trog is meestal een buienlijn aanwezig.
Rode lijn met halve cirkels : "warmtefront" => aanvoer van warmere lucht die vaak aanleiding geeft tot de vorming van een wolkenzone, die gepaard gaat met neerslag. Het front omvat de grens tussen de aangevoerde warme lucht en de koude lucht waarvan hij de plaats zal innemen. De positie van de halve rode cirkels toont de richting van de verplaatsing van het warmtefront.
Blauwe lijn met driehoeken : "koudefront" => aanvoer van koudere lucht die vaak aanleiding geeft tot de vorming van een wolkenzone, die gepaard gaat met neerslag. Het front omvat de grens tussen de aangevoerde koude lucht en de warme lucht waarvan hij de plaats zal innemen. De plaatsing van de driehoekjes duidt de richting aan waarin het koudefront zich verplaatst.
Paarse lijn met driehoeken en halve cirkels : "occlusiefront" => resultaat van de fusie tussen een warmte- en een koudefront. In het algemeen beweegt een koudefront sneller dan een warmtefront. Het haalt het warmtefront in om een uniek wolkensysteem te vormen, dat vaak aan de bron van neerslag ligt.
Afwisselend rode/blauwe lijn : "stationair front" => stationaire grens tussen een koude en een warme luchtmassa. De warme lucht bevindt zich achter de rode halve cirkels en de koude lucht bevindt zich achter de blauwe driehoeken.

Cookies opgeslagen